Waarom deze boetelijst?
Met onderstaande folder kunt u de opvallendste overtredingen zelf constateren en de hoogte van de boetes berekenen. Vakbondskaderleden als hulpinspecteurs, waarom niet? Door samen met Kaderleden en/of de VGWM-commissie deze checklist in te vullen en het bedrijf te inspecteren, krijgen u en uw werkgever inzicht in de boetes die kunnen worden uitgedeeld bij een echte inspectie. Let wel, onze lijst is lang niet compleet: er zitten geen bedrijfstakspecifieke elementen in. Wanneer de AI echt langskomt, kan het aantal boetes behoorlijk verhoogd worden.
De lijst is bedoeld om de discussie met uw werkgever aan te kunnen gaan. De werkgever is verplicht om een Risico-inventarisatie en Evaluatie te maken (art. 5 arbowet), waarin alle arbo-knelpunten zijn vermeld. Daarnaast dient de werkgever (samen met de OR/PVT) een plan van aanpak te maken, waarin aangegeven staat op welke termijn welk knelpunt opgelost kan worden. Wanneer de werkgever dit niet doet of niet wil doen, kan de lijst als breekijzer dienen. Met de lijst krijgt u een eerste inzicht in de hoogte van het bedrag dat een bedrijf straks kwijt is aan boetes. Natuurlijk kan dat geld beter besteed worden: aan goed arbobeleid bijvoorbeeld! Aan de hand van deze lijst valt er met de werkgever te onderhandelen om alsnog een goed Plan van Aanpak van het arbobeleid in het bedrijf af te spreken.
U kunt de lijst doornemen met de Arbodienst, om zo gezamenlijk het beleid vorm te geven. En als de werkgever nu niks wil doen? Tsja, dan wordt het wellicht tijd uw ingevulde checklist eens door te nemen met een inspecteur van de Arbeidsinspectie…
Hoe werkt de Arbeidsinspectie?
Allereerst: wanneer inspecteert de Arbeidsinspectie? Ze kan op verzoek langskomen, als er bijvoorbeeld klachten zijn of ongevallen plaatsvinden. Klachten kunnen onder meer komen van omwonenden en werknemers (al dan niet anoniem). Ook vakbonden kunnen om een onderzoek door de AI vragen. Daarnaast maakt de AI landelijke inspectieprojecten, waarbij bedrijfstakken worden doorgelicht.
Wanneer de AI een overtreding constateert, krijgt de werkgever doorgaans de gelegenheid deze binnen een bepaalde termijn op te heffen. De inspecteur geeft een waarschuwing of stelt een eis. Na afloop van de termijn controleert de inspecteur of de overtreding is opgeheven. Zo niet, dan volgt een boete. (het zgn B2 traject)
Bij bepaalde overtredingen kan de AI ook direct een boete aanzeggen en onmiddellijk maatregelen verlangen (het zgn. B1 traject). Deze situatie kan voorkomen wanneer een door een Arbodienst getoetste schriftelijke Risico-inventarisatie- en evaluatie (RIE) ontbreekt of wanneer asbesthoudende producten worden gesloopt, zonder dat dit is gemeld bij de Arbeidsinspectie.
Bij ernstige overtredingen waar direct gevaar dreigt (bijvoorbeeld elektrokutiegevaar) kan de AI directe stillegging eisen en een boete aanzeggen. (B1 traject)
Wanneer ‘met name genoemde verbodsbepalingen’ worden overtreden of er sprake is van een misdrijf, zal de AI proces- verbaal opmaken en volgt er een strafrechterlijke procedure. Een voorbeeld hiervan is het gebruik van verboden stoffen. (S1 traject)
In onderstaande inspectielijst zijn overtredingen uit de B2 en B1-categorieën opgenomen. Dit zijn immers de meest voorkomende overtredingen.
Hoe wordt de hoogte van een boete bepaald?
Iedere overtreding heeft een normbedrag gekregen. In een filiaal van bijvoorbeeld 45 personen (dat een onderdeel is van een bedrijf met totaal 200 werknemers) wordt gewerkt op hoogten van meer dan 2.50 meter, zonder voorzieningen die vallen kunnen voorkomen. Het normbedrag is een boete van € 2250,-.
Vervolgens wordt dit bedrag gecorrigeerd op bedrijfsgrootte (dit is gehele bedrijf!): bij 49 werknemers of minder wordt de boete met tweederde verminderd; bedrijven tussen 50 en 249 werknemers betalen tweederde van het bedrag; grote bedrijven met meer dan 249 werknemers betalen het volledige normbedrag. In ons voorbeeld wordt het bedrag: 2/3 x € 2250,- =
€ 1500,-
Daarna wordt het bedrag gecorrigeerd op het aantal blootgestelden: als er meer dan 10 werknemers aan een niet-administratief beboetbaar feit zijn blootgesteld, wordt het bedrag met 1.5 vermenigvuldigd. Zijn er meer dan 50 werknemers blootgesteld dan wordt het bedrag met 2 vermenigvuldigd. In ons voorbeeld levert het gevaar op voor 15 man, dus: 1.5 x € 1500,- = € 2250,-.
Dan zijn er nog boeteverhogende correcties mogelijk: is de overtreding een ‘ernstig beboetbaar feit? Zo ja, dan wordt het bedrag met 1.5 vermenigvuldigd. In ons voorbeeld komt er dus nog wat bij: werken op hoogte met valgevaar is een ernstige overtreding, dus 1.5 x € 2250,- = € 3375,- .
Maar we zijn nog niet klaar! Het gevaar was op vier verschillende plaatsen aanwezig en daarom moet het bedrag met factor 3 (het maximale) vermenigvuldigd worden. De uiteindelijke boete voor deze overtreding bedraagt dan € 10125,-. Immers, beboetbare feiten die meermalen voorkomen, kunnen maximaal drie keer worden aangeslagen.
Indien een beboetbaar feit uit type B2 niet is opgelost terwijl de AI dit bij een eerste bezoek wel had verplicht, wordt de boete verhoogd met 1.5. Omdat de AI in ons voorbeeld voor het eerst langskomt, is dat hier niet van toepassing.
De wijze waarop de hoogte van een boete bepaald wordt, kan in een rekenformule uitgezet worden. Het BoeteBedrag (BB) = het Normboetebedrag (N) x Bedrijfsgrootte (BG) x Ernst van de Overtreding (B1) x Het Aantal blootgestelde mensen (CFM) x Het aantal plaatsen waar de overtreding voorkomt (CFP) x Bij her-controle nog niet opgeheven (R).
Formule: BB = N x BG x B1 x CFM x CFP x R
Hoe werkt de checklist?
In de lijst ziet u een aantal verplichtingen uit de Arbowetgeving. U loopt deze punten langs en beoordeelt of de verplichtingen worden nageleefd. U kunt de geconstateerde overtredingen bijvoorbeeld arceren en de daarnaast de totaalbedragen per overtreding invullen aan de hand van de correctiefactoren die bovenaan de kolommen van de tabel staan. De correctiefactoren zoals ‘bedrijfsgrootte en ‘aantal blootgestelden’ hebben we in het voorbeeld gezien.
In de kolom “boete cat.” staat de soort van overtreding (B1 of B2). Tevens staat er welk artikel uit de Arbowetgeving wordt overtreden. De lijst correspondeert met de lijst van de Arbeidsinspectie. Als er in een kolom B1 staat, gaat het om een ernstige overtreding of een direct beboetbaar feit. Deze overtredingen zijn al gecorrigeerd met factor 1.5.
Wat betekenen de afkortingen boven de kolommen?
CFM betekent: de correctiefactor voor het aantal blootgestelden aan een overtreding. Wanneer meer dan 10 werknemers zijn/worden blootgesteld moet het normbedrag met 1.5. vermenigvuldigd worden, bij meer dan 50 werknemers met 2.0. Bij administratieve overtredingen wordt er niet gecorrigeerd (het niet hebben van een RIE gaat immers het gehele bedrijf aan) en staat er in de kolom dan ook ‘NVT’.
CFP betekent: Correctiefactor voor plaatsen/plekken waarop dezelfde overtreding plaatsvindt. U kunt het normbedrag daardoor maximaal 3 keer vermenigvuldigen (men kan voor dezelfde overtreding maximaal 3 keer beboet worden; zie ook het genoemde voorbeeld).