Arboconvenant papier: de rol van de medezeggenschap

0
knop1_vgwm-2813559

Laatste update: 21 november 2002

Arboconvenanten worden per sector afgesproken. Maar arbeidsomstandigheden verbeteren, dat doe je in de bedrijven zelf. Om dat te bereiken moeten convenantsafspraken omgezet worden in bedrijfsplannen. Dat moet in het eerste jaar van het convenant voor elkaar komen.

De Ondernemingsraad krijgt daarbij een belangrijke rol te vervullen. Niet alleen wordt van de werkgever verwacht dat hij tijdig – dus van te voren – instemming (= een ‘akkoord’) aan de Ondernemingsraad vraagt voor zijn plannen. Van betrokkenen – werkgever en medezeggenschapsorgaan wordt namelijk verwacht dat zij gezamenlijk dit plan uitwerken.

Het bedrijfsplan van aanpak, zoals genoemd onder artikel 5.1 is instemmingsplichtig volgens artikel 27 WOR in bedrijven die beschikken over een Ondernemingsraad (OR) dan wel PersoneelsVertegenwoordiging (PVT). Partijen wijzen erop dat werkgevers die geen OR of PVT hebben ingesteld, het bedrijfsplan van aanpak ter uitvoering van dit convenant conform art. 12.1 Arbowet vooraf dienen te bespreken met belanghebbende

werknemers.(convenant artikel 6.1 )

Dat is geen gemakkelijke klus. Om de Ondernemingsraad hierbij te helpen is geld uitgetrokken voor aanvullende trainingen aan de OR. Hier is al met al zo’n 130.000 gulden voor uitgetrokken.

Bovendien zal FNV Bondgenoten in het komende jaar aanvullende aktiviteiten ontplooien om werknemers en ondernemingsraden behulpzaam te zijn: via onze VGWM-adviestelefoon en via een vernieuwde convenanten-website.

In het Sectorplan van aanpak, dat deel uitmaakt van het convenant staat een stappenplan om te komen tot een Bedrijfsplan van aanpak:

Om tot een bedrijfsplan van aanpak te kunnen komen, worden de volgende stappen gevolgd:

  1. inventariseer de arbeidsrisico’s die onderwerp zijn van het convenant.
  2. toets deze inventarisatie aan bestaande RI&E’s en vul de RI&E eventueel aan
  3. weeg de arbeidsrisico’s, voer bij onvoldoende eigen specifieke kennis op arbogebied eventueel nader onderzoek uit door (technisch) adviesbureau of arbodienst/ win advies in bij betrokken

    instantie

  4. stel een plan van aanpak op in overleg met de OR/PVT waarin maatregelen worden opgenomen die bijdragen tot de doelstelling, afgewogen conform de stand der techniek
  5. onderzoek integratie met bestaande plannen van aanpak in het bedrijfsplan
  6. verkrijg instemming van OR/PVT
  7. na akkoord bekrachtiging door directie
  8. voer dit bedrijfsplan van aanpak uit binnen de gegeven planperiode
  9. doe jaarlijks een verslag van de voortgang van het plan


In het convenant zijn ook afspraken gemaakt over betere contacten tussen OR en arbodienst

Indien niet thans reeds een structureel contact bestaat tussen de ondernemingsraad of een werknemersvertegenwoordiging met de arbodienst bevelen partijen werkgevers en werknemers aan een dergelijk structureel overleg met een minimumfrequentie van twee maal per jaar in te stellen. De werkgever zal de totstandkoming van het overleg faciliteren.

De werknemersvertegenwoordiging kan de werkgever hier al dan niet bij uitnodigen. (artikel 6.2 Convenant)

Een goed plan van aanpak maken is één. Het ook uitvoeren is doorslaggevend. Zonder uitvoering geen resultaat. De partijen die het convenant hebben ondertekend houden wat dat betreft nauwlettend de vinger aan de pols. Alle betrokken bedrijven moeten één keer per jaar rapporteren over de voortgang in de uitvoering. Die rapportage moet voorzien zijn van de handtekening van de voorzitter van de OR. Met andere woorden: de OR ziet er mede op toe dat de rapportage die het bedrijf elk jaar maakt, ook echt klopt.

Deze verslaglegging dient mede ondertekend te zijn door de voorzitter van de ondernemingsraad of de PVT of bij het ontbreken daarvan door een vertegenwoordiger van het personeel.(artikel 5.2 Convenant)