Arboconvenanten Onderwijs

0

Het onderwijs heeft vanaf vandaag één Arbo-convenant dat 5 sectorbrede deelconvenanten over Arbo- en verzuimbeleid in het onderwijs samenbrengt. Het overkoepelende Arbo-convenant Onderwijs en Wetenschappen, dat tussen de ministeries van SZW, OCenW en de sociale partners gesloten is, loopt tot 1 december 2004. Het convenant moet ervoor zorgen dat de werkdruk en het ziekteverzuim in het onderwijs worden teruggedrongen. Hiervoor is éénmalig in totaal circa 59 miljoen gulden beschikbaar. Vandaag ondertekenen staatssecretaris Hoogervorst (SZW), minister Hermans (OCenW) en de sociale partners het Arbo-convenant.

Het deelconvenant voor het primair en voortgezet onderwijs (PO en VO) regelt ondermeer dat er vanaf 1 juni 2001 via het Vervangingsfonds een subsidie beschikbaar komt voor preventie van werkdruk en uitval wegens ziekte. Deze subsidie moet het mogelijk maken werknemers die door een te hoge werkdruk ziek dreigen te worden, in een vroeg stadium te laten begeleiden. Hiervoor wordt maximaal 3000 gulden per werknemer vergoed. De totale kosten van dit subsidieprogramma zijn naar schatting 6,1 miljoen gulden. Om de begeleiding en reïntegratie van zieke werknemers in het PO en VO intensief aan te pakken is in mei al het deelconvenant Verzuimbegeleiding & Reïntegratie afgesloten. Hiervoor is eenmalig circa 24 miljoen gulden beschikbaar gesteld. In de CAO’s voor PO, VO en beroeps- en volwasseneneducatie (BVE) is afgesproken het ziekteverzuim in het PO en VO in drie jaar met één procentpunt te verminderen ten opzichte van het niveau in 1999.

In het deelconvenant beroepsonderwijs en volwasseneneducatie verplichten de partijen zich om de werkdruk en het ziekteverzuim uiterlijk op 1 december 2004 terug te dringen met tien procent. Het op te richten servicepunt arbeidsomstandigheden gaat vanaf 1 mei 2001 een grote rol spelen in de uitwerking van de afspraken uit het convenant. Zo moet dit servicepunt er onder meer voor zorgen dat de instellingen per 1 januari 2002 op een eenduidige manier het ziekteverzuim registreren. Ook kunnen instellingen bij het servicepunt subsidieaanvragen indienen voor reïntegratietrajecten voor langdurig zieke werknemers.

De partijen in de sector hoger onderwijs en onderzoek willen de werkdruk en het ziekteverzuim voor werknemers vóór 1 december 2004 terugdringen met tien procent. Ook in deze sector komt uiterlijk op 1 maart 2001 een servicepunt, vooral voor de coördinatie van activiteiten die uit het convenant voortkomen, zoals bijvoorbeeld verzuimregistratie en voorlichting over werkdruk. Alle partijen verplichten zich om voor 1 december 2004 tenminste 250 langdurig zieke werknemers geheel of gedeeltelijk te reïntegreren bij de eigen of een andere werkgever

Het afgelopen jaar is het ziekteverzuim in het onderwijs gestegen. In het basisonderwijs liep het verzuimpercentage op tot 8,65% (was 7,77% in 1998), in het voortgezet onderwijs tot 7,36% (7,02% in 1998) en in het speciaal onderwijs tot 9,43% (8,36% in 1998). Leraren meldden zich minder vaak ziek, maar als ze ziek waren bleven ze dat, behalve in het speciaal onderwijs, langer.

Om iets aan het stijgende ziekteverzuim in het onderwijs te doen hebben minister Hermans en staatssecretaris Adelmund al verschillende maatregelen getroffen. Zo is er in de CAO voor het PO en VO en de BVE structureel 50 miljoen gulden beschikbaar gesteld om de instellingen te ondersteunen bij de verbetering van de arbodienstverlening en het terugdringen van het ziekteverzuim en kunnen de schoolbudgetten (totaal circa 264 miljoen gulden) ingezet worden om bijvoorbeeld de werkdruk aan te pakken.