(persbericht 02/052 SZW d.d. 24 april 2002)
Meer dan de helft van de zware lichamelijke handelingen bij de krijgsmacht moet in de toekomst geen risico meer opleveren voor de gezondheid.
Om dat te bereiken wordt een groot aantal maatregelen genomen om het werk te verlichten. Zo worden technische oplossingen toegepast om de werkzaamheden minder zwaar te maken. Daarnaast worden voorlichtingscampagnes en verschillende trainingen ontwikkeld waardoor medewerkers beter omgaan met zwaar werk.
Dit staat in het arboconvenant voor de krijgsmachtsonderdelen van Defensie dat is ondertekend door staatssecretaris Hoogervorst van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, staatssecretaris Van Hoof van Defensie en vertegenwoordigers van de Algemene Centrale van Overheidspersoneel (ACOP), de Christelijke Centrale van Overheids- en Onderwijspersoneel (CCOOP), het ambtenarencentrum (AC) en de Centrale van Middelbare en Hogere Functionarissen bij Overheid en Onderwijs (CMHF).
In het convenant wordt bijna 17 miljoen euro geïnvesteerd. Het grootste deel hiervan, ruim 15,5 miljoen euro, is opgebracht door de sociale partners. Het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid draagt ruim 1 miljoen euro bij. Het convenant is afgesloten voor een periode van drie jaar. Gedeeltelijk zullen de maatregelen nog doorlopen tot na de convenantsperiode. Hiervoor is door het ministerie van Defensie ruim 5 miljoen euro gereserveerd.
Bij het ministerie van Defensie werken 72.000 mensen, het convenant richt zich met name op de groep van 10.000 werknemers die de zwaarste werkzaamheden verrichten. Voorafgaand aan het convenant is onderzoek gedaan naar de lichamelijk zware handelingen die deze groep verricht. Hierover zijn afspraken gemaakt.
Het convenant heeft betrekking op alle krijgsmachtonderdelen van Defensie: de marine, de landmacht, de luchtmacht en de marechaussee. Het toepassen van mechanische hulpmiddelen en betere materialen kan bijdragen aan de verlichting van de werkzaamheden. Soms kunnen hiervoor relatief eenvoudige maatregelen worden genomen, zoals wieltjes aanbrengen onder zware gereedschapskisten en overalls met kniebescherming gebruiken. Ook krijgt de ME een lichtere en beter ventilerende uitrusting. Voor op- en neerlaten van brugonderdelen gaat de landmacht een mechanisch systeem aanschaffen.
Daarnaast moeten voorlichting en training eraan bijdragen, dat mensen op de werkvloer, maar ook stafmedewerkers zich bewuster worden van de risico’s van lichamelijke belasting en er beter mee omgaan.
Zo krijgen inkopers bij de landmacht een speciale training om al bij de aanschaf van materiaal rekening te houden met de lichamelijke belasting. Ook worden fysiotherapeuten opgeleid om op de werkvloer te onderzoeken welke risico’s er zijn en zo nodig maatregelen te treffen.
Sportfunctionarissen bij de land- en luchtmacht gaan specifieke trainingsprogramma’s opstellen voor mensen die zwaar lichamelijk werk doen. Daarnaast komen er bij de verschillende krijgsmachtonderdelen algemene voorlichtingscampagnes.
—————————————————————————
Dit is een gezamenlijk persbericht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, het ministerie van Defensie, de Algemene Centrale van Overheidspersoneel (ACOP), de Christelijke Centrale van Overheids- en Onderwijspersoneel (CCOOP), het ambtenarencentrum (AC) en de Centrale van Middelbare en Hogere Functionarissen bij Overheid en Onderwijs (CMHF).